Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Van welken ik niets zekers heb aan [33]den heer te schrijven; daarom heb ik hem voor ulieden voorgebracht, en meest voor u, koning Agrippa, opdat ik, na gedane onderzoeking, wat heb te schrijven. 33. Dat is, de keizer; welken titel van heer de eerste keizers niet hebben willen aannemen, omdat zij ene heerschappij over de onderzaten, als over slaven, medebrengt. Doch de keizer Nero, onder wien dit is geschied, heeft zich dien titel laten geven, gelijk ook vele andere keizers na hem.